Theresa May heeft het premierschap van Engeland te danken aan een narcistische moeder. Andrea Leadsom, de andere kandidate, zei namelijk in een interview dat zij als moeder meer recht heeft op het vormen van de toekomst, omdat zij de toekomst heeft gebaard. De publieke opinie was niet gediend van deze maternalistische hoogvliegerij.
Als verse moeder wilde ik een tijdlang alleen met mensen omgaan die kinderen hadden. Mijn wereld was veranderd en veel dingen kregen een nieuwe betekenis. Tot die tijd was moe zijn een luxe, want oplosbaar, terwijl mijn moeheid oneindig was. Ik kon eindeloos praten over alle details die mij opvielen aan mijn zuigeling. De groei van de eerste 200 millimeters heb ik voor mijn ogen zien gebeuren. Iedereen die weleens in het gezelschap van kersverse ouders is, zal deze preoccupatie herkennen. Een gesprek over Brexit of de Amerikaanse verkiezingen is onmogelijk.
Emotionele gijzeling door je kroost
Intense emoties hebben ook iets ambivalents. Mijn autonome gevoelsleven werd bezet door een emotionele gijzeling. Een ervaring die aardig in de buurt komt van een wederkerig soort Stockholmsyndroom, waarbij je als ouder zowel de gijzelaar als de narcist bent. Sommige ouders komen daar nooit helemaal los van. Ik vermoed dat Andrea Leadsom er zo een is. Zij heeft de emotionele gijzeling door haar kinderen omgezet naar een claim voor een betere toekomst.
Los geraken van je kinderen kan in verschillende vormen. Toen ik de eerste keer mijn eerstgeborene achterliet, op weg naar een huwelijksvoltrekking, zat ik huilend in de auto. Ik zie bij vriendinnen met volwassen kroost dat op kamers gaat eenzelfde reactie. Bij sommige moeders heeft het nog het meeste weg van een echtscheiding. Met vergelijkbare emotionele scheuren en nieuwe wonden. Het kind verlaat het ouderlijk huis wordt ervaren alsof er een stuk van henzelf vertrekt. In de film Boyhood zegt actrice Patricia Arquette bij het vertrek van haar zoon naar de universiteit dat haar leven verdwijnt. In een emotionele scene somt ze de serie mijlpalen van haar leven op: trouwen, kinderen krijgen, scheiden, fase waarin ze dacht dat haar zoon dyslectisch was, hem leren fietsen, weer gescheiden, een mastertitel, droombaan, zoon naar de universiteit en wat nog rest is haar begrafenis. Deze film gaf mij een kijkje in een ongewenste toekomst.
Ik ben niet mijn kinderen
Enige vorm van narcisme ligt altijd wel op de loer bij het moederschap. Bij mij kwam de inslag van het moeder-zijn niet direct na de geboorte, maar later – toen ik ten diepste besefte dat ik een kind, een mens op de wereld had gezet. Een begin. Schoon. Vrij. Ik had leven geschonken, gecreëerd. De grootste prestatie van mijn lichaam. Dit grootse besef bracht bij mij een onderdanigheid teweeg richting mijn kinderen. Later ervaarde ik echter dat ik niet mijn kinderen ben, dat ik autonoom ben en een individueel emotioneel leven heb, dat moeder zijn geen identiteit is en mij geen beter mens maakt.
Wat is gebleven is een ambivalentie tegenover veelal kinderloze historische schrijvers met goede adviezen. De Libanese dichter Kahlil Gibran schreef in 1923 in De Profeet over kinderen: “Je kinderen zijn je kinderen niet. Zij zijn de zonen en dochters van ‘s levens hunkering naar zichzelf. Zij komen door je, maar zijn niet van je, en hoewel ze bij je zijn, behoren ze je niet toe.” En: “Jullie zijn de bogen, waarmee je kinderen als levende pijlen worden weggeschoten. De boogschutter ziet het doel op de weg van het oneindige, en hij buigt je met zijn kracht opdat zijn pijlen snel en ver zullen gaan. Laat het gebogen worden door de hand van de boogschutter een vreugde voor je zijn: want zoals hij de vliegende pijl liefheeft, zo mint hij ook de boog die standvastig is.” Nogal een uitdaging om deze naar de dagelijkse praktijk te vertalen!
Ik geloof wel dat wij moeders een beetje doorgeschoten zijn in het ons groots en belangrijk voelen door ons gebroed. Gelukkig heb ik nu de les van Leadsom geleerd – zij heeft haar kinderen als vleugels aan haar verbonden en vloog te hoog.
Connie de Laat
18 juli 2016 at 17:21
Wie zijn ‘wij moeders’? Ik ben er een beetje allergisch voor om tot een groep met specifieke kenmerken te worden gerekend waarin ik mij niet herken. Je generaliseert enorm, met jezelf als leidend referentiepunt.