Geweld tegen homo’s en andere leden van de LHBTQ-gemeenschap moet stoppen. Daar zijn we het allemaal over eens. Maar hoe kunnen we dit bereiken?
Deze week zagen we ze overal voorbij komen: mannen, hand in hand. Want dat is heel normaal, en zeker geen reden om aangevallen te worden met een betonschaar. Helaas overkwam twee homoseksuele jongens dat in Arnhem afgelopen week wel. Om steun te betuigen aan de slachtoffers, gingen onder anderen Alexander Pechtold en Wouter Koolmees hand in hand over het Binnenhof. Een reeks van bekende en minder bekende mannen volgde dit voorbeeld van risicoloos activisme. Sommigen hiervan waren echter geloofwaardiger dan anderen. Dat de heren van Voetbal International in hun uitzending hand in hand gingen staan, staat namelijk haaks op hun algemene houding tegenover homoseksualiteit, die met de grootst mogelijke fantasie niet tolerant of respectvol te noemen is (zo zou voetbal bijvoorbeeld ‘geen sport voor homo’s‘ zijn).
‘No homo’
Selfie-activisme is een makkelijke manier om je uit te spreken, voor of tegen iets. Het is niet nodig om je in te lezen, een onderbouwde mening te hebben of te kijken naar de manier waarop je je homofoob uitdrukt in het dagelijks leven. Het enige wat nodig is, is een telefoon, een internetverbinding en een voorbeeld om te volgen. Daarmee is #allemannenhandinhand een makkelijke manier om jezelf te profileren als iemand die tegen homofobie is. Maar stopt dat het geweld ook? En wat is het waard als er daarna schamper lachend afstand wordt gedaan van elke mogelijke verdenking dat je heteroseksualiteit in twijfel wordt getrokken?
Nationalistische agenda
De nare gebeurtenis werd ook op een andere manier opgepakt in de media; het geweld dat de twee jongens in Arnhem is aangedaan, wordt namelijk ook gebruikt voor de nationalistische agenda. Zo werd op Twitter de mishandeling gebruikt als aanleiding voor oproepen om de grenzen te sluiten en schreven verschillende media het fenomeen van anti-homogeweld toe aan islamitische migranten. Door deze link tussen anti-homogeweld en de islam te leggen, en daarmee op te roepen tot afstoting van en geweld tegen aanhangers van die religie, wordt de ene fobie met de andere fobie vervangen.
Het idee dat wij als liberaal land bedreigd worden door een conservatieve en bekrompen Ander die ons onze vrijheden wil ontnemen, is niet nieuw. Het is hetzelfde idee dat vrouwen beschermd moeten worden tegen de islam en de niet-Nederlandse Ander: vrouwen en homo’s staan symbool voor de natie die bedreigd wordt door de migrant. Het kromme van deze redenering is alleen dat we onze liberale idealen proberen te beschermen met conservatieve ideeën.
Stereotypes
Uit cijfers van de politie blijkt echter dat het meeste anti-homogeweld (61,8%) gepleegd wordt door verdachten van Nederlandse komaf. Moslims blijken dus niet per definitie de grootste vijand van de LHBTQ-gemeenschap zijn – maar dit stereotype wordt maar moeilijk afgeschud.
Stereotypering is een vorm van geweld die zich vastwortelt in de hoofden van mensen: een seksualiteit of een religie wordt gereduceerd tot een aantal kwetsende (en vaak onware) kenmerken. Homo’s zijn vrouwelijk en vies. Marokkanen zijn tuig en bedreigen de vrijheid van homo’s en vrouwen. Het zijn keerzijden van dezelfde medaille. Een paradox waarin discriminatie van de één wordt opgelost door het discrimineren van anderen.
Hand in hand lopen moet kunnen, altijd. Maar in plaats van selfies plaatsen zou het nog beter zijn als we ons altijd uitspreken tegen discriminatie. Laten we naast met het posten van foto’s ook nadenken hoe we ervoor gaan zorgen dat geweld afneemt. Het posten van een selfie is de eerste stap, maar de volgende stap daarna is het kritisch onder de loep nemen van wat wij zelf kunnen doen tegen homogeweld. Denk bijvoorbeeld na, de volgende keer als je iets ‘gay’ noemt omdat je iets stom vindt. Hetzelfde geldt als je homoseksualiteit als punchline voor je grappen gebruikt. Een bondgenoot zijn betekent dat je je inzet voor een gemeenschap – en dat je die niet gebruikt voor je eigen agenda.